De term "latency" verwijst naar elk van verschillende soorten vertragingen die typisch worden gebruikt bij de verwerking van netwerkgegevens. Een low-latency netwerkverbinding is er een die last heeft van kleine vertragingstijden, terwijl een high-latency verbinding last heeft van lange vertragingen.
Naast voortplantingsvertragingen kan latentie ook transmissievertragingen (eigenschappen van het fysieke medium) en verwerkingsvertragingen (zoals het passeren van proxyservers of het maken van netwerkhoppers op internet) omvatten.
Hoewel de perceptie van netwerksnelheid en -prestaties meestal alleen als bandbreedte wordt begrepen, is latentie het andere belangrijke element. De gemiddelde persoon is meer bekend met het concept van bandbreedte, omdat dat de waarde is waarmee fabrikanten van netwerkapparatuur doorgaans adverteren, maar latency is net zo belangrijk voor de ervaring van de eindgebruiker.
Latency versus doorvoer
Hoewel de theoretische piekbandbreedte van een netwerkverbinding wordt vastgesteld op basis van de gebruikte technologie, varieert de daadwerkelijke hoeveelheid gegevens die eroverheen vloeit ('doorvoer' genoemd) in de loop van de tijd en deze wordt beïnvloed door hogere en lagere latencies.
Overmatige latentie zorgt voor knelpunten die voorkomen dat gegevens de netwerkpijp vullen, waardoor de doorvoer wordt verminderd en de maximale effectieve bandbreedte van een verbinding wordt beperkt. De impact van latency op de netwerkdoorvoer kan tijdelijk zijn (enkele seconden aanhouden) of persistent (constant), afhankelijk van de bron van de vertragingen.
Latentie van internetservices, software en apparaten
Op DSL- en kabelinternetverbindingen zijn latenties van minder dan 100 milliseconden (ms) typisch en minder dan 25 ms is vaak mogelijk. Met satelliet-internetverbindingen kunnen aan de andere kant typische latenties 500 ms of hoger zijn.
Een internetservice met een snelheid van 20 Mbps kan merkbaar slechter presteren dan een service met een snelheid van 5 Mbps als deze met hoge latentie wordt uitgevoerd.
Satelliet internetdienst illustreert het verschil tussen latency en bandbreedte op computernetwerken. Satelliet bezit zowel hoge bandbreedte als hoge latentie. Bij het laden van een webpagina kunnen bijvoorbeeld de meeste satellietgebruikers een merkbare vertraging waarnemen vanaf het moment dat ze het adres invoeren tot het tijdstip waarop de pagina begint te laden.
Deze hoge latentie is voornamelijk het gevolg van voortplantingsvertraging als het verzoekbericht met de snelheid van het licht reist naar het verre satellietstation en terug naar het thuisnetwerk. Zodra de berichten op de aarde aankomen, laadt de pagina echter snel, net als bij andere internetverbindingen met hoge bandbreedte (zoals DSL en kabelinternet).
WAN-latency is een ander type latentie dat kan optreden wanneer het netwerk bezig is met het verwerken van verkeer tot het punt dat andere verzoeken vervolgens worden vertraagd omdat de hardware dit eenvoudig niet op maximale snelheid aankan. Dit is ook van invloed op het bekabelde netwerk, omdat het hele netwerk samenwerkt.
Een fout of ander probleem met de hardware kan de tijd die de hardware nodig heeft om de gegevens te lezen, vergroten, wat een andere reden is voor latentie. Dit kan het geval zijn voor de netwerkhardware of zelfs de hardware van het apparaat, zoals een trage harde schijf die tijd kost om gegevens op te slaan of op te halen.
De software die op het systeem wordt uitgevoerd, kan ook latentie veroorzaken. Sommige antivirusprogramma's analyseren alle gegevens die in en uit de computer stromen, wat een reden is waarom sommige beveiligde computers langzamer zijn dan hun tegenhangers. De geanalyseerde gegevens worden vaak uit elkaar gehaald en gescand voordat deze bruikbaar is.
Het meten van netwerklatentie
Netwerktools zoals ping-tests en traceroute-latentie meten door de tijd te bepalen die een bepaald netwerkpakket nodig heeft om van bron naar bestemming te reizen en terug, wat 'round-trip time' wordt genoemd. Round-trip tijd is niet de enkel en alleen meting van latentie, maar het is de meest voorkomende. Quality of Service (QoS) -functies van thuis- en bedrijfsnetwerken zijn ontworpen om zowel bandbreedte als latency te beheren om consistentere prestaties te bieden.